fbpx
Tickets bestellen
Adres
Lange Voorhout 74
2514 EH Den Haag
T: 070-4277730
E: info@escherinhetpaleis.nl
Terug

Giovanni Battista Piranesi

Op 9 november 1778 stierf Giovanni Battista Piranesi, de Italiaanse kunstenaar en architect die wordt beschouwd als de grootste graficus van zijn tijd. Zijn faam dankte hij in eerste instantie aan zijn Vedute di Roma, een serie etsen met indrukwekkende gezichten op de ruïnes en monumenten van Rome. Maar het zijn vooral Piranesi’s befaamde fantasieprenten over kerkers, de Carceri d’Invenzione, die ook nu nog enorm tot de verbeelding spreken. Escher was een groot bewonderaar. Toen hij in 1935 naar het Zwitserse Château-d’Oex verhuisde, hing hij een aantal prenten van Piranesi op in zijn atelier*. Alsof hij de herinnering aan zijn oude woonplaats nog levend wilde houden. Het is vooral hun duizelingwekkende verbeelding waarin de twee kunstenaars elkaar vinden.

Giovanni Battista Piranesi (1720-1778) werd geboren in Mogliano Veneto, nabij Treviso, toen een deel van de Republiek Venetië. Daar wordt al vroeg de kiem gelegd voor zijn creativiteit en veelzijdigheid. Zijn vader was een steenhouwer, zijn broer Andrea leerde hem Latijn en alles over de klassieke geschiedenis. Later ging hij in de leer bij zijn oom, Matteo Lucchesi, een vooraanstaand architect die vooral werkt aan de restauratie van historische gebouwen. Het zijn de nog zichtbare restanten van de cultuur van het oude Rome die hem in 1740 naar de hoofdstad drijven. Piranesi werd opgeleid als architect, maar met slechts één gebouwd bouwwerk is hij vooral een theoreticus en ideeënman. Hij onderkende dat hij er als bouwend architect niet zou komen en hij vond zichzelf opnieuw uit als kunstenaar en ontwerper. Iemand die niet gehinderd werd door het keurslijf van de realiteit, maar zijn verbeelding en persoonlijke mening kon laten spreken.

Giovanni Battista Piranesi, Carceri d'invenzione (plaat 14), tweede versie, ets, 1761
M.C. Escher, Relativiteit, houtsnede, juli 1953

Eenmaal in Rome zet Piranesi zijn fantasie direct aan het werk en creëert hij visies op de monumenten en ruïnes van Rome die loskomen van de werkelijkheid. Vanaf 1748 maakt hij een lange reeks stadsgezichten die zijn roem vestigden. In deze ‘vedute’ experimenteert hij met verschillende stijlen en combineert hij Venetiaanse, Egyptische, Etruskische en Romeinse elementen tot een nieuwe beeldtaal. Piranesi idealiseert de eeuwige stad door de schoonheid van de historische architectuur te benadrukken, naar hartenlust gebouwen, monumenten, torens en andere architectuurelementen te verzinnen en dit alles te mengen met de bedrijvigheid in zijn eigen tijd. Ook creëert hij zijn Grotteschi, fantasielandschappen waarin hij Rome als een door de natuur overwoekerde ruïne laat zien.
Giovanni Battista Piranesi, de tempel van Jove, ets, ca. 1750-1758, via Wikimedia Commons
Giovanni Battista Piranesi, Piazza del Quirinale op de Quirinaalheuvel te Rome met het Palazzo del Quirinale en de Fontana di Monte Cavallo (fontein met Castor en Pollux), ets, ca. 1748-1778, via Wikimedia Commons

Zijn werk spreekt een groot publiek aan en bepaalt in grote mate het beeld dat buitenlanders hebben van de stad Rome. In de zeventiende en achttiende eeuw brachten veel rijke jongemannen een bezoek aan Frankrijk en Italië, op zoek naar kunst, cultuur en de oorsprong van de Westerse beschaving. Tijdens zo’n Grand Tour kwamen veel van hen in contact met Piranesi en kochten ook zijn prenten. Door het daarin geïdealiseerde beeld van Rome kon een daadwerkelijk bezoek dan ook tegen vallen.
Giovanni Battista Piranesi, Piazza del Popolo met de tweelingkerken de Santa Maria in Montesanto en de Santa Maria dei Miracoli in Rome. Op het plein de obelisk van Ramses II uit Heliopolis, ets, ca. 1748-1778, via Wikimedia Commons
M.C. Escher, Nachtelijk Rome: Santa Maria del Popolo (Piazza del Popolo), houtsnede, april 1934

Alhoewel Piranesi als architect dus ‘mislukt’ was, zouden de prenten die hij maakte grote invloed uitoefenen op het neoclassicisme. Deze kunststroming was in de achttiende en negentiende eeuw enorm populair in Europa. Architecten die in die stijl bouwden, herinterpreteerden de klassieke Griekse en Romeinse architectuur van tweeduizend jaar daarvoor. De blauwdruk voor de Romeinse stijl werd daarbij gevormd door de prenten van Piranesi. De ironie is dan ook dat hoewel Piranesi zelf maar één gebouw heeft opgeleverd in Rome (de Santa Maria del Priorato, een kerk waarin hij ook begraven werd), zijn invloed overal is terug te zien.
Giovanni Battista Piranesi, gezicht op het mausoleum van keizer Hadrianus (nu Castel S. Angelo genoemd), ets, ca. 1756
M.C. Escher, Nachtelijk Rome: Castel Sant' Angelo, houtsnede, april 1934

Piranesi’s Carceri d’ Invenzione (Imaginaire kerkers) is zijn magnum opus. Hij begon hiermee in 1745 en publiceerde een eerste serie van 14 etsen in 1750. Een groot succes was die uitgave niet, maar toen hij ze in 1761 opnieuw uitbracht was dat anders. Voor de nieuwe editie, aangevuld met twee nieuwe gravures, had hij elke etsplaat opnieuw bewerkt. Hij had extra details toegevoegd en het licht-donkercontrast verhoogd, waardoor het dramatische effect veel verder was versterkt. Deze tweede serie werd enorm populair en groeide uit tot een icoon van de prentkunst.
Giovanni Battista Piranesi, Carceri d'invenzione (titelblad), tweede versie, ets, 1761
Giovanni Battista Piranesi, Carceri d'invenzione (plaat 7), tweede versie, ets, 1761

De Carceri is een serie etsen met duizelingwekkende en kolossale ruimtes waaraan geen einde lijkt te komen. Labyrinten die zijn gevuld met een oneindig aantal trappen, ladders, bruggen, poorten en galerijen die geen van allen ergens heen lijken te gaan. Hij schept hier een dreigende verborgen wereld vol onheilspellende spelonken en hangende katrollen en kabels, waarin de mens af toe wel aanwezig, maar vooral nietig en kwetsbaar is. Piranesi overdrijft het perspectief en maakt zijn ruimtes door een dramatische belichting en een prachtig licht-donkercontrast enorm imposant. Maar hij gaat nooit zover als Escher later zou doen in het loslaten van de zwaartekracht en het creëren van echt onmogelijke gebouwen en ruimtes. Tegelijkertijd ontbreekt in de prenten van Escher het duistere, dreigende dat de serie van Piranesi zo karakteriseert.

De erfenis van Piranesi

Het oeuvre van Piranesi beïnvloedde niet alleen M.C. Escher. Voor veel kunstenaars vormt het een permanente bron van inspiratie, waarbij vooral het utopische en dystopische karakter zich manifesteert. Net als Escher was Piranesi een kunstenaar die in zijn prenten zowel orde als chaos laat zien, waardoor hij een brede groep navolgers aanspreekt. Dat begon al vroeg met schrijvers en dichters als Johann Wolfgang von Goethe, Samuel Taylor Coleridge, Thomas de Quincey, Lord Byron, John Keats, Honoré de Balzac, Victor Hugo en Edgar Allan Poe. Aldous Huxley schreef in 1949 een essay bij een uitgave van Piranesi’s prenten. Hij vergelijkt de gevangenissen van Piranesi met het panopticisme dat destijds zo populair was in de architectuur. Een tirannie van orde en efficiëntie waardoor de mensheid wordt gereduceerd tot een voorspelbaar radertje in een proces. Huxleys Brave New World (1932) en George Orwells 1984 (1948) zijn dystopische romans waarin de dreigende wereld van Piranesi te herkennen is. Ook Harry Mulisch was een liefhebber. In zijn werkkamer hing een ets uit de Carceri serie en het voorportaal van de hemel in De ontdekking van de hemel (en in de verfilming ervan) is er duidelijk door geïnspireerd. Ook in De naam van de roos van Umberto Eco en de Harry Potterboeken is de invloed te herkennen. In de verfilmingen wordt dat nog explicieter. Het fantastische middeleeuwse bibliotheeklabyrint van Eco en het trappenhuis in Hogwarts zijn vintage Piranesi.


Ook in veel andere films is zijn invloed terug te vinden. Denk aan de futuristische stad in Metropolis van Fritz Lang (1927) en het labyrint van gangen in The Third Man van Carol Reed (1949). Onder architecten is de invloed van Piranesi te herkennen bij bijvoorbeeld Aldo Rossi, Daniel Libeskind en Constant (vooral diens New Babylon project). De stripboekenserie De Duistere Steden van François Schuiten en Benoît Peeters is nog een laatste voorbeeld van de grote invloed van Piranesi.
François Schuiten en Benoît Peeters, De Duistere Steden - De poorten naar het mogelijke, uitgeverij Casterman, 2005

Een virtuele animatie van de 16 etsen uit de Carceri d’Invenzione, geproduceerd en gemaakt door kunstenaar Grégoire Dupond

The Imaginary and Eternal Prisons of Piranesi, een lezing door dr. John Marciari van The San Diego Museum of Art

De bibliotheekscene in The Name of The Rose

Bronvermelding
[*] Wim Hazeu, M.C. Escher, Een biografie, Meulenhoff, 1998, blz. 175

Meer Escher vandaag