Deze website gebruikt cookies

Wij maken op deze website gebruik van cookies en vergelijkbare technieken om bezoek te analyseren en om je relevante boodschappen te tonen op social media. Door op 'Alles accepteren' te klikken geef je toestemming voor de plaatsing ervan en het verwerken van op deze wijze verkregen persoonsgegevens, zoals in ons privacy- & cookiestatement wordt vermeld.

Onze privacy- & cookiestatement:

Brieven vol bewondering: een bijzonder bruikleen
7 augustus 2025

Brieven vol bewondering: een bijzonder bruikleen

M.C. Escher ontvangt tijdens zijn leven meerdere brieven van liefhebbers die hun bewondering voor zijn werk met hem delen. Deze zijn lang niet allemaal bewaard gebleven en het is dan ook zeer bijzonder als nabestaanden dergelijke brieven in bruikleen geven. De kleindochter van Hendrik Dekker leent zijn zorgvuldig geschreven brief over de prent Reptielen (1943) en Eschers reactie daarop tijdelijk uit aan Escher in Het Paleis. De handgeschreven correspondentie is op zaal te zien van 18 maart tot en met 14 september 2025.

M.C. Escher, Reptielen, litho, maart 1943

M.C. Escher, Reptielen, litho, maart 1943

In Reptielen (1943) brengt Escher een van zijn vlakvullingen tot leven. Uit het opengeslagen tekenschrift met tweedimensionale reptielen verschijnt een driedimensionale variant. Het dier klimt op een boek en vervolgt zijn levensweg, pauzeert even op een dodecaëder om uit te blazen, en keert weer terug naar het schrift. Daar verandert het weer in de tweedimensionale tekening. Over een specifiek detail schrijft hij: ‘N.B. Het boekje Job heeft niets met de bijbel te maken, maar bevat Belgische sigaretten-vloeitjes.’* Zodat daar geen twijfel over kan bestaan. Deze kringloop werd tijdens Eschers leven meermaals geïnterpreteerd door toeschouwers als een verwijzing naar reïncarnatie. Naarmate zijn werk meer bekend raakt, krijgt Escher steeds vaker dit soort ideeën over zijn werk toegestuurd. Die bekendheid neemt flink toe door de grote overzichtstentoonstelling in het Haags Gemeentemuseum (nu: Kunstmuseum Den Haag) in 1968 en een artikel in Vrij Nederland door journalist Bibeb in datzelfde jaar. De tentoonstelling werd zeer goed ontvangen, de kritieken waren unaniem positief en al snel moesten er meer exemplaren van de catalogus gedrukt worden.

Tentoonstellingsposter, Haags Gemeentemuseum, 1968

Tentoonstellingsposter, Haags Gemeentemuseum, 1968

In de brief van de heer Dekker, geschreven in juni 1971, beschrijft hij dat hij bij de tentoonstelling in Den Haag is geweest en in de ban is geraakt van Reptielen, waarvan hij thuis een reproductie heeft. Hij complimenteert Escher uitvoerig en wil de diepere laag in de prent aanstippen ‘als een blijk van waardering voor hetgeen uw schepping mij bood’. Dekker vindt Escher in zijn uitingen te bescheiden. Escher reageert zelf met een kort briefje dat hij de vrije interpretatie van zijn werk met veel belangstelling heeft gelezen. Het doet hem plezier dat zijn werk ‘aanleiding gaf tot zulk een monterlijke en waarderende beschouwing’. Hij heeft veel reacties over Reptielen ontvangen en schrijft dat iedereen op zijn eigen manier gelijk heeft, ondanks dat het niet overeenkomt met zijn eigen visie. De volledige transcripties van de brieven staan onderaan dit artikel.

Briefkaart van M.C. Escher aan de heer H. Dekker, 1 juli 1971. Bruikleen van de kleindochter van Hendrik Dekker

Briefkaart van M.C. Escher aan de heer H. Dekker, 1 juli 1971. Bruikleen van de kleindochter van Hendrik Dekker

De briefwisseling getuigt van een keurige uitwisseling van ideeën. Niet altijd is Escher zo warm in zijn reactie. Escher is eerder benaderd door Mick Jagger van The Rolling Stones met het verzoek om een prent op de voorkant van hun nieuwe LP te plaatsen. Hij heeft niks met dit soort muziek, maar ook de manier van adresseren staat hem niet aan. Jagger begint zijn brief namelijk met de woorden 'Dear Maurits'. Escher reageert daarop afkeurend in zijn brief aan de assistent van de band: ‘By the way, please tell Mr. Jagger I am not Maurits to him, but Very sincerely, M.C. ESCHER’ (wilt u de heer Jagger vertellen dat ik geen Maurits voor hem ben, maar Hoogachtend, M.C. ESCHER).

Escher schrijft zijn kaart aan de heer Dekker vanuit het Rosa Spier Huis, de woon- en werkgemeenschap van kunstenaars en wetenschappers te Laren, waar hij op dat moment woont. Hij moet herstellen van een operatie eerder dat jaar, maar volledig herstel lukt niet meer. Niet veel later overlijdt hij in het Diaconessenhuis te Hilversum.

Transcripties

Weledele Heer,

Een paar jaar geleden, op een tentoonstelling te denHaag, maakte ik voor het eerst kennis met uw werk, hetgeen een blijvende indruk op mij heeft gemaakt.
Ik kwam uw naam nog eens tegen in een krantenbericht: een ontmoeting met een oude zonderlinge wijsgeer, op een zolderkamer aan het Waterlooplein te A’dam.
De bijzonderheden hiervan zijn me ontgaan.
Inmiddels heeft uw product “Reptielen”, waarvan ik toevallig een reproductie in klein formaat in handen kreeg, mij geheel in beslag genomen en eerst kortelings kreeg ik inzage van het interview voorkomend in A O Reeks 1172, hetgeen ik met aandacht heb bestudeerd.
Aan loftuitingen heeft het u blijkbaar niet ontbroken, toch wil ik u mijn bewondering voor uw “blik in de ruimte” en de weergave daarvan niet verhelen.

U noemt het: uw spel en wijst diepzinnigheid van de hand. Is het niet meer bescheidenheid ten opzichte van uw gave? Hoe het zij, ik trof in de veelheid en verscheidenheid van uw werk geen enkel stuk aan in de trant als van Reptielen en dàt juist sprak mij het meeste aan, ofwel: meende ik er uit te verstaan. Een beeldwoord dus.
U ontvangt veel brieven (ik citeer)
“theorieën waar ik niets van begrijp, maar soms wel aanvoel”. Die laatste woorden brachten mij ertoe u bijgaande weergave van mijn gevoelens ter kennisname aan te bieden. U gelieve het te beschouwen als een blijk van waardering voor hetgeen uw schepping mij bood.
Met verschuldigde eerbied
verblijf ik
uw. dw. dr.
HD

Laren, N.H., I-VII-‘71

Zeer geachte Heer Dekker,
Dank voor uw vriendelijke brief van 28 juni. De bijgevoegde “vrije weergave” van mijn litho “Reptielen” heb ik met veel belangstelling gelezen. Het doet mij plezier, dat deze prent U aanleiding gaf tot zulk een monterlijke en waarderende beschouwing.
In de loop der jaren heb ik verscheidene “interpretaties” van allerlei mensen over deze prent ontvangen. Ieder van hen heeft natuurlijk gelijk, van uit zijn persoonlijk standpunt gezien – al is dat ook het mijne niet.
Met hartelijke dank en hoogachtig

M.C. Escher

Bronvermelding

* M.C. Escher: Grafiek en Tekeningen; ingeleid en toegelicht door de graficus, Koninklijke uitgeverij J.J. Tijl NV, Zwolle 1959/1976, blz. 16

Mireille Linck

Mireille Linck

Assistent-conservator

Deel:

Meer Escher Vandaag

Een klokkentoren in de schemering

3 juli 2025

Een klokkentoren in de schemering

Jarenlang woonde M.C. Escher in Rome, maar de stad zelf verbeelden in zijn prenten deed hij niet graag. Bij nacht vond Escher Rome mooier, een voorkeur die in 1934 leidde tot een grote serie houtsneden en tekeningen met de titel Nachtelijk Rome. In die periode tekent hij ook de basiliek Santi Giovanni e Paolo. De tekening leidt pas twee jaar daarna tot een litho: S.S. Giovanni e Paolo (1936). Tien jaar later keert hij weer terug naar dit onderwerp met zijn eerste mezzotint: Schemering (1946). Op het eerste gezicht lijken de litho en de mezzotint bijna identiek, maar dat zijn ze zeker niet.

Niet zomaar buren: Albert E. Bosman & M.C. Escher

27 mei 2025

Niet zomaar buren: Albert E. Bosman & M.C. Escher

Het verbeelden van oneindigheid op papier was een fascinatie die zowel M.C. Escher als Albert E. Bosman bezighield. Albert Bosman (1891-1961) was een ingenieur en wiskundeleraar die zich ontpopte tot kunstenaar, waarbij wiskunde de kern vormde van zijn werk. Escher en Bosman waren overburen in de stad Baarn, waar ze elkaar vonden in hun nieuwsgierigheid naar mathematische vormen, ideeën en principes. Beide kunstenaars slaagden erin om abstracte wiskunde op een visuele manier toegankelijk te maken voor een breed publiek. Voor het eerst worden hun werken samen gepresenteerd in M.C. Escher & Albert E. Bosman: Een wiskundige verbintenis. Bosmans bekendste creatie, de Boom van Pythagoras, en de andere tekeningen die hieruit voortkwamen zijn in de eerste helft van 2025 te zien in een kleine maar fijne tentoonstelling bij Escher in Het Paleis.

Sierlijke servetten

1 april 2025

Sierlijke servetten

Escher in Het Paleis heeft een bijzondere schenking ontvangen: drie servetten van de kunstenaar en ontwerper Chris Lebeau (1878-1945). Deze servetten, Straalbreking, School Visschen en Appel, waren in het bezit van M.C. Escher, en zijn tot en met eind juni 2025 op zaal te zien.